De nucleaire dreigementen van Noord-Korea zijn te wijten aan de druk die de VS uitoefenen. Gevolg: een gevaarlijke crisissfeer. De reacties in de internationale opinie op de Noord-Koreaanse verklaring dat dat land een atoomtest gaat uitvoeren, volgen een geëigend en gevaarlijk patroon. Er wordt een crisissfeer geschapen die de zaak nog erger maakt.
Die reacties negeren een paar feiten over de onderhandelingen tussen Noord-Korea en vijf andere landen (VS, China, Rusland, Zuid-Korea en Japan), die al een jaar vastzitten. Deze zijn bedoeld om een vreedzaam nucleair programma te bewerkstelligen voor Noord-Korea. Eerdere pogingen in de jaren negentig liepen op niets uit, omdat afspraken voor de leverantie van conventionele brandstof door de Amerikaanse regering-Clinton niet werden nagekomen. Dat werd veroorzaakt door blokkades in het door de Republikeinse Partij beheerste Congres.
De recalcitrantie van Amerika werd voortgezet onder de huidige regering-Bush, die ondanks symbolische deelname aan de nieuwe onderhandelingen net als bij Irak en Iran haar eigen lijn heeft getrokken. Die bestond uit het installeren van een reeks sanctiemaatregelen en het onder druk zetten van andere landen om hetzelfde te doen. De Amerikaanse regering beweert dat deze sancties tot doel hebben om te verhinderen dat Noord-Korea technologie in handen krijgt die geschikt is voor het ontwikkelen van kernbommen. In feite hebben ze de Noord-Koreaanse economie als geheel getroffen en doorkruisen ze pogingen van Britse en Zuid-Koreaanse financiers om in Noord-Korea te investeren. Dit is een bewuste strategie van de Zuid-Koreaanse regering, vergelijkbaar met de West-Duitse politiek richting Oost-Duitsland tijdens de Koude Oorlog, om de banden met Noord-Korea aan te trekken en het communistische stelsel van binnenuit te veranderen.
De Amerikaanse druk gaf de Noord-Koreaanse regering het excuus om vorig jaar uit de onderhandelingen te stappen en stopzetting van de sancties te eisen. Toen dat geen resultaat opleverde is ze overgestapt op een beproefd recept: bluf. De Noord-Koreaanse regering heeft een zwakke positie in de onderhandelingen met de betrokken landen: ze kunnen immers alleen dreigen met militaire escalatie en hebben die tactiek al vele malen toegepast, in juli nog met de proeflanceringen van een aantal raketten. De aangekondigde kernproef past in dat patroon.
Deze onderhandelingsstrategie heeft als immens nadeel dat als het uitloopt op een oorlog, er ook niets meer te regeren valt in Noord-Korea. De Noord-Koreaanse regering weet heel goed dat ze een atoomoorlog geen kwartier zou overleven. De Zuid-Koreaanse regering begrijpt dat als geen ander en probeert (deels gesteund door China, dat de belangrijkste leverancier van olie en voedsel is voor Noord-Korea) steeds weer de zaken te sussen. Helaas negeert de Amerikaanse regering deze positieve diplomatie. Ze is erbij gebaat om dit soort situaties met maximale snelheid te laten escaleren, vooral nu, in het zicht van de Congresverkiezingen. De licht hysterische reacties in het Westen op de Noord-Koreaanse provocaties, geven voeding aan deze confrontatiepolitiek die makkelijk kan uitlopen op een oorlog. Ze verhogen de politieke druk op regeringen om toch maar iets te doen en werken de Amerikaanse escalatiepolitiek, nu ook door Japan ondersteund, in de hand.
Bij zo’n angstpolitiek wordt stelselmatig vergeten dat de VS en hun bondgenoten een immense nucleaire en conventionele slagkracht bezitten, waarnaast de Noord-Koreaanse militaire macht in het niet valt. De beeldvorming van Noord-Korea is gebaseerd op een waanbeeld van een volledige irrationele gigant, die om het geringste een oorlog begint.
Een nadere blik op het Noord-Koreaanse beleid van de afgelopen tien jaar laat echter zien dat het regime zeer koelbloedig en rationeel handelt. Noord-Korea wordt regelmatig getroffen door vreselijke hongersnood, alle economische reserves zijn toebedeeld aan het immense conventionele leger. Zowel een conventionele als een nucleaire oorlog beginnen zou volstrekte waanzin zijn. In plaats daarvan probeert men met dreigementen op uitgekiende ogenblikken (een groot deel van de Amerikaanse landmacht zit nog wel een tijd vast in Irak en Afghanistan) telkens weer sancties tegen te houden en economische hulp af te dwingen, waarbij maximaal gebruik wordt gemaakt van de breed gedeelde mening onder de Zuid-Koreaanse bevolking dat Noord-Korea een verloren zoon is die moet worden binnengehaald en niet afgestoten.
Trouw