Wat er precies gaande is met de duizenden kernwapens die nog steeds gereed staan om oorlog mee te voeren, is moeilijk te achterhalen. Van officiële verklaringen hoeven we geen openheid te verwachten, maar grondig onderzoekswerk wil nog wel eens helpen.
Stan Norris en William Arkin hebben in de Verenigde Staten net een rapport gepubliceerd waarin ze de omvang van de Amerikaanse kernmacht beschrijven. Er blijken nog steeds 12.500 kernkoppen beschikbaar te zijn, waarvan 8.750 operationeel, dat wil zeggen, klaar voor gebruik binnen enkele minuten of uren. De andere 3.750 kunnen zo weer in gebruik genomen worden. De helft van de kernkoppen zijn te vinden in twee staten: New Mexico en Georgia, de rest is verspreid over nog eens 13 staten.
B-61 vrije-valbommen in Europa: dit zijn de befaamde NAVO-kernkoppen, waarvan een tiental in Nederland ligt op (of liever, onder) Volkel-vliegbasis.
Ook in het Verenigd Koninkrijk zijn deze zomer onthullingen gedaan. Volgens een verhaal in de Scotland on Sunday (27 juli 1997) is de nieuwe Britse Labour-regering van plan om drastische veranderingen aan te brengen in de omvang van de Tridentvloot. Het aantal kernwapens zou met vijftig procent gereduceerd worden en men zou afzien van de permanente patrouilles van Trident-onderzeeboten in de Atlantische Oceaan. Bovendien zou de regering van plan zijn de omvang van de Britse plutonium- en uraniumvoorraden te onthullen en internationale inspectie van de militaire kernenergiecentrale in Solway Firth toe te staan.
Tenslotte zou men ook willen dat NAVO een no first use-beleid gaat hanteren: dat wil zeggen dat men officieel verklaart om nooit als eerste kernwapens te gebruiken. Tot de dag van vandaag is dit laatste de officiële doctrine van de NAVO. Als de uitgelekte berichten kloppen, dan zal het nog een harde dobber worden om de NAVO-bondgenoten te overtuigen van deze laatste stap. Dat laatste is vooral van belang gezien de voortgezette steun van de Russische regering voor dit beleid. In mei keurde de Russische president Jeltsin een Russische veiligheidsdoctrine goed waarin ‘eerste gebruik’ nadrukkelijk als optie wordt opengelaten. Een dergelijke afhankelijkheid van kernwapens werd ook een maand eerder op een internationaal seminar in Moskou bevestigd door hoge Russische militairen (van de Defensieraad voor de President). Stafchef Generaal Klimenko benadrukte de noodzaak voor Rusland om haar defensie op kernwapens te baseren, vanwege het massale overwicht van de conventionele strijdkrachten van de NAVO.
VD AMOK