Nieuwe kernwapens op komst

Vier jaar na de NAVO-vergadering in het Canadese Montebello komt de aap uit de mouw.

Na het voor de NAVO toch nog onverwachte INF-akkoord dringen de houwdegens naar voren. Kruisraketten op Volkel en de neutronenbom in ’t Harde. Maar ook dat is niet genoeg. De nukleaire Lance moet een grotere kapaciteit krijgen en de nog in te voeren MLRS wordt ook genukleariseerd. Dat is het gevolg van het Montebello-besluit en de betekenis van de ‘modernisering’. Reden genoeg voor de vredesbeweging om de koppen bij elkaar te steken.

Het medicijn dat door de konservatieve kommentatoren wordt aangedragen is niet verrassend. Er zijn wat raketten weg, redeneren zij, dus moet er iets anders voor in de plaats komen. Waar wordt zoal aan gedacht? Generaal Rogers nam, vóór zijn afscheid als NAVO-opperbevelhebber, alvast een voorschot op mogelijke ‘oplossingen’. Daarbij ging het hem om wapensystemen die vanuit West-Europa de Sovjet-Unie kunnen bereiken. In Engeland zijn momenteel 140 F-111 atoombommenwerpers van de Amerikaanse luchtmacht gestationeerd. De elektronica aan boord van deze bommenwerpers, hulpmiddel om door de vijandelijke luchtafweersystemen te dringen, wordt al verbeterd en Rogers stelde voor om nog een aantal B-52 bommenwerpers die bewapend zijn met vanuit de lucht te lanceren kruisraketten, permanent in Engeland te stationeren. Tot nu toe werden ze regelmatig overgevlogen vanuit de VS, om bombardementsvluchten boven Europa te oefenen. Zo werden ze op 15 september jl. boven Vlieland gesignaleerd tijdens het uitvoeren van een konventioneel oefenbombardement op het NAVO-schietterrein daar.
Een derde mogelijke ‘oplossing’ is het stationeren van een squadron F-15E Eagle gevechtsvliegtuigen in Europa. Dit E-type, afgeleide versie van de Eagle op de luchtmachtbasis van Soesterberg, kan een nukleaire aanvalstaak vervullen. En tenslotte is er een, ook in Nederland wel eens geopperde mogelijkheid om een aantal onderzeeboten, bewapend met nukleaire kruisvluchtwapens, toe te wijzen aan de NAVO-opperbevelhebber. Dat is dus een toevoeging aan de vier Amerikaanse onderzeeboten bewapend met atoomraketten, die hij al tot z’n beschikking heeft.
Terwijl deze wapensystemen allen min of meer buiten het bereik van de Nederlandse vredesbeweging (kunnen) worden ingevoerd, is er sprake van nog een kategorie, die eigenlijk de onmiddellijke belangstelling van de vredesbeweging behoort te krijgen. Hieronder vallen de Nederlandse kernwapentaken die in de nabije toekomst ‘gemoderniseerd’ zullen worden, zoals dat heet. In een onderonsje in oktober 1983 te Montebello in Canada, besloot de ministersvergadering van de Nuclear Planning Group (NPG) van de NAVO om een verbeteringsprogramma voor taktiese kernwapens die in gebruik bij de NAVO-strijdkrachten zijn, door te voeren. Onder druk van de vredesbeweging moest dit plannetje verkocht worden als een ‘éénzijdige ontwapening’, omdat het totaal aantal slagveldwapens met 1400 gereduceerd werd naar 4600 kernkoppen, een nivo dat in 1988 bereikt moest worden. Weggefrommeld in de kleine lettertjes van het kommunikee stond het werkelijke doel. Een ingrijpende verbetering van de overblijvende kernwapens.
Deze bedoeling werd zorgvuldig verborgen voor de bevolking van de betrokken landen, evenals voor hun parlementen. De Britse regering ging zelfs zover dat ze openlijk loog over de geplande invoering van de W-79 atoomgranaat bij het Britse Rijnleger. Nadat de Britse regering dit voorjaar betrapt werd bij deze misleiding, koos de Nederlandse regering voor een subtiele verschuiving van haar positie aangaande het Montebello-besluit. Na steeds te hebben volgehouden dat de verbetering van de taktiese kernwapens nog nader moest worden bepaald, verschoof het standpunt van minister Van Eekelen van Defensie tijdens het debat over de INF-onderhandelingen in de Tweede Kamer dit voorjaar naar de opvatting dat datzelfde besluit slechts moest warden uitgevoerd. Uitvoering waarvan? Dat had ex-opperbevelhebber Rogers van de NAVO al een tijd eerder uitgelegd. De F-16 moest een kruisvluchtwapen met kernkop krijgen als bewapening, de 203 mm kanonnen verbeterde nukleaire munitie en de Lance-raket een groter bereik. (zie het kader) Daarnaast wordt ook hard gewerkt aan kerntaken die via een omweg kunnen worden ingevoerd:
– De 155 mm kanonnen van het Nederlandse leger kunnen in principe nukleaire granaten afvuren. Bij andere NAVO-landen is dit wapensysteem dan ook ‘genukleariseerd’; bij Nederland officieel (nog) niet.
– De Patriot-luchtafweerraket kan uitgerust worden met een nukleaire kop. Bovendien zou het omgebouwd kunnen worden naar een anti-raketsysteem, onderdeel van een Star Wars-afweersysteem.

De gevaren van deze uitbreidings- en moderniseringsplannen zijn herhaaldelijk uitgemeten en niet alleen vanwege de uitbreiding van het aantal kerntaken. Juist de slagveldwapens bieden aan kommandanten te velde de grootste verleiding om ze te gebruiken. Bovendien vindt de afgelopen tijd een wijziging plaats in de NAVO-militaire doktrine. Vooral het Amerikaanse, maar ook het Westduitse en Britse leger worden opgeleid in het voeren van een ‘offensieve’ oorlog. In een crisissituatie zullen ze niet wachten op een (misschien vermeende) aanval van het Warschau Pakt, maar zelf in de aanval gaan. Over vijf jaar zal een groot gedeelte van het NAVO-leger in de BRD de opleiding en strategie hebben die nodig is om zelf offensieve operaties uit te voeren. Een onderdeel van die strategie zal het gebruik zijn van taktiese kernwapens in een vroeg stadium. Een van de motieven daarbij zal het “use ‘em before you lose ‘em’-principe zijn. De nukleaire slagveldwapens hebben zo’n beperkt bereik, dat ze dicht bij de frontlijn staan. Daar lopen ze echter direkt het gevaar om door een vijand veroverd te worden. In zulke omstandigheden zal elke generaal ze veel liever gebruiken, met of zonder toestemming van hogerhand. Hoewel modernisering van kernwapens op zichzelf een kernoorlog niet naderbij brengt, zal een politieke krisis én de aanvalsdoktrines van de kommandanten heel snel kunnen uitlopen in nukleaire veldslag.
Geen wonder dat PvdA Eerste Kamerlid Uijden het halfserieuze voorstel deed om de taktiese kernwapens af te schaffen en over te stappen op het bedreigen van de kerncentrales van het Warschau Pakt met konventionele wapens. Dat zou volgens hem een effektievere strategie zijn. Daarmee legde hij overigens een prima argument tegen kernenergie op tafel.

F-16

LOKATIE: Vliegbasis Volkel.
WAPENSYSTEEM: General Dynamics F-16 Fighting Falcon.
AANTAL: 36 vliegtuigen verdeeld over twee squadrons.
BEREIK: 925 km (Dit is de aktieradius).
TYPE KERNKOP: B-61 met een kracht tussen 100 en 500 kiloton.
KERNOPSLAG: Depot met 25 kernladingen bij de basis.
ONDERDELEN: 311 squadron en 312 squadron.
KOMMANDANTEN: De kommandant van 312 squadron was in december 1986 majoor Oliemans
TAAK: Aanvallen van gronddoelen op middellange afstand (vliegvelden en troepenkoncentraties).
PLAATS BINNEN DE NAVO: Beide squadrons vallen onder Second Allied Tactical Air Force (2 ATAF), het geïntegreerde NAVO-luchtmacht-kommando in Mönchen-Gladbach.
BIJBEHORENDE AMERIKAANSE ONDERDELEN: 7362 Munitions Support squadron en 2184th Communications squadron, totaal 100 Amerikanen.
NEDERLANDSE BEWAKING: LB-squadron Volkel met 450 militairen en 40 Mechelse herders. De hondensektie is op Woensdrecht na de grootste van de luchtmacht.
KOSTEN: Een F-16 kost 42 miljoen gulden.
KOMMANDANT VLIEGBASIS: In oktober 1986 kolonel H.J.W. Manderfeld.

BIJZONDERHEDEN: Tot september 1986 werden steeds een aantal toestellen paraat gehouden om bij een krisis onmiddellijk op te stijgen, de zogenaamde Quick Reaction Alert (QRA). In die maand zou het systeem afgeschaft zijn, volgens een interview met een squadron kommandant in het weekblad De Tijd (17-7-’87). Mogelijkerwijs had dit te maken met het bouwen van een elftal versterkte ondergrondse bunkers (vaults) op Volkel voor de opslag van kernwapens. Deze ondergrondse bunkers worden direkt onder de parkeerplaats van de F-16 gesitueerd. Bij een alarm kunnen ze simpelweg naar boven gebracht worden en onder de vliegtuigen gehangen. Nu dat de F-16 atoomtaak waarschijnlijk wordt gehandhaafd, worden de vaults ongetwijfeld benut voor de ‘stand-off weapons’. (zie verder) In 1985 werd in Volkel een nieuwe parallel(start)baan voltooid, herfst 1986 werd de nieuwe hoofdbaan in gebruik genomen. De oude baan voldeed niet langer aan de NAVO-eisen. Op de nieuwe baan kan elk type vliegtuig landen, dus ook de grote transportvliegtuigen van het type Galaxy die gebruikt worden voor het transport van kruisraketten. De nieuwe startbaan kost 15 miljoen gulden.

MODERNISERING: Minister Van Eekelen van Defensie heeft zich bij diverse aangelegenheden uitgelaten over de wenselijkheid om een kruisraket onder de F-16 te hangen, een ‘stand-off missile’. Dit is een raket die op grote afstand van een doel wordt afgevuurd zodat het bemande lanceerplatform niet door de luchtafweergordel van de tegenstander heen hoeft. Een van de mogelijke kandidaten voor deze taak is een zogenaamd ‘Modular Standoff Weapon’ dat ontwikkeld wordt door een consortium van bedrijven afkomstig uit de VS, Groot-Brittannië, Frankrijk, de Bondsrepubliek Duitsland, Canada, Italië en Spanje. Een van de subtypes van dit wapen, de ‘B’-versie, zal volgens het weekblad Aviation Week and Space Technology (22-6-’87) in staat zijn om een enkele explosieve lading 600 km te dragen. Dat zou dus ook een kernkop kunnen zijn. In hetzelfde artikel wordt ook verwezen naar een ontwerp van General Dynamics voor een ‘stand-off weapon’, afgeleid uit het Tomahawk-kruisvluchtwapen. Ook het F-16 lanceerplatform zelf wordt steeds verbeterd. Een programma dat tussen 1989 en 1993 wordt uitgevoerd voorziet in het aanbrengen van apparatuur voor het offensief opereren bij nacht (tussen ’87 en 1991 zal hieraan door defensie 2,3 miljoen gulden worden besteed). Andere verbeteringen die al worden doorgevoerd bestaan uit het aanbrengen van waarschuwingsapparatuur voor laagvliegen. Het steeds weer verbeteren van het F-16-wapensysteem zal waarschijnlijk tot gevolg hebben dat er over enkele jaren een besluit wordt genomen om vast te houden aan dit vliegtuig tot aan het jaar 2015. Tegen die tijd denkt de Amerikaanse vliegtuigindustrie een nieuwe generatie gevechtsvliegtuigen op de markt te brengen. Het handhaven van de F-16 zou betekenen dat er omstreeks 1995 een grootscheeps verbeteringsprogramma moet plaatsvinden. Het alternatief zou zijn het aanschaffen van een Europees vliegtuig. In de komende twee jaar wordt een groot gevecht tussen de Europese en de Amerkaanse vliegtuigindustrie verwacht voor de ‘vervolg-order van de eeuw.’

Lance

LOKATIE: Joh. Postkazerne te Havelte.
WAPENSYSTEEM: Lance van LTV (Ling-Temco-Vought) Corporation.
AANTAL: Zes lanceerinstallaties.
KOSTPRIJS: 80 miljoen gulden van zes lanceerinstallaties.
BEREIK: 110 km.
TYPE KERNKOP: W-701/2 met een kracht, variabel tussen 1 en 100 kiloton. W-70-3 kernkoppen voor Lance (neutronenbom) liggen opgeslagen in VS.
KERNOPSLAG: Depot met 42 kernkoppen bij Darp.
ONDERDEEL: 129 Afdeling Veldartillerie.
KOMMANDANT: Luitenant-kolonel G.J.C. Claasz Coockson (maart 1986). BIJBEHORENDE AMERIKAANSE ONDERDELEN: 8 US Army Field Artillery Detachment en 128th Signal Detachment, totaal personeel plusminus 100.
NEDERLANDSE BEWAKING: 434 Van Heutsz-kompagnie in Havelte.
ANDERE ONDERDELEN OP DEZE LOKATIE: In Havelte is onder andere het 47 Pantserinfanteriebataljon en 43 Afdeling Veldartillerie gelegerd.

BIJZONDERHEDEN: In 1985 is rond de site een nieuwe prikkeldraadomheining gelegd, waarbij ook een groot aantal bomen is gekapt zodat een beter gezichts- en schootsveld wordt verkregen.

MODERNISERING: Als uitvloeisel van het Montebello-akkoord, moet de Lance een groter bereik krijgen. Volgens de nieuwste Jane’s Weapon Systems wordt het dienstleven van de Lance tot in de negentiger jaren in dienst te houden. De vraag is of er ook nog sprake is van een ‘Improved Lance’, een raket met een bereik van minstens 300 km. In diverse artikelen die deze zomer in de Frankfurter Algemeine Zeitung en de International Herald Tribune verschenen, wordt de formulering ‘upgraded version‘ en ‘modernisierung der Lance-Raketen’ gebruikt. Toch lijkt het alsof de ‘verbeterde Lance’ in feite de Advanced Tactical Missile Systems (ATACMS) is. (Zie elders op deze pagina’s.)

Nukleaire artillerie

LOKATIE: Tonnetkazerne ’t Harde.
WAPENSYSTEEM: M110-A2 8 inch-geschut (203 mm).
AANTAL: 8 stuks geschut.
BEREIK: 30 km.
TYPE KERNKOP: W-33, de oudste in het VS-arsenaal, kracht vermoedelijk tussen 5 en 10 kiloton.
KERNOPSLAG: Depot met 14 kernkoppen buiten de kazerne.
ONDERDEEL: 19 Afdeling Veldartillerie.
KOMMANDANT: Luitenant-kolonel L.J. van Apeldoorn (per 25-6-1987).
BIJBEHORENDE AMERIKAANSE ONDERDELEN: 23 US Army Field Artillery Detachment en 128th Signal Detachment, totaal personeel plusminus 100.
TAAK: Nukleaire ondersteuning van het Eerste Legerkorps van de Landmacht in de BRD.
NEDERLANDSE BEWAKING: 425 Van Heutsz kompagnie in ’t Harde.
ANDERE ONDERDELEN OP DEZE LOKATIE: Onder meer 59 Tankbataljon en 15 Afdeling Pantserluchtdoelartillerie.

BIJZONDERHEDEN: In het kader van een reorganisatie van de artillerie worden een aantal stuks geschut met afwijkende kalibers omgebouwd tot 8 inch-geschut. In totaal ontstaan er op die manier 5 afdelingen 8 inch-geschut waarvan er twee paraat zijn; bovendien wordt het aantal stuks geschut per afdeling uitgebreid van 8 tot 16. Al deze kanonnen zijn ‘nuclear capable’. In de nabije toekomst zal het dan ook niet langer zo zijn dat er slechts één afdeling 8 inch-geschut (het 19-de) is die nukleair kan schieten. Er komt op Legerkorpsnivo een ‘batterij speciale opdrachten’ die bestaat uit verschillende ‘mission teams’ . Als er nukleair geschoten gaat worden gaan de ‘mission teams’ naar één van de afdelingen 8 inch-geschut toe en gaan daar de normale stuksbemanning vervangen. Op deze manier weten de Russen nooit welke afdeling nukleair gaat schieten, maar op die manier wordt het nukleaire geschut ook enorm uitgebreid. Er is aangekondigd dat na het afgelopen kerstreces de vaste commissie van defensie van de Tweede Kamer een uitgebreide briefing zou krijgen over het idee van de ‘mission teams‘. Hierover is verder nog niets bekend, wel kan worden gesteld dat door de bovengenoemde reorganisatie ook de 107e Afdeling Veldartillerie in ’t Harde een nukleaire rol gaat krijgen. Immers deze afdeling, vroeger het 175 mm-geschut, is nu omgebouwd voor het 8 inch-kaliber en daarmee nuclear capable.

MODERNISERING: Het Nederlandse 8 inch-geschut krijgt, net als de andere NAVO-landen, nieuwe munitie: kernkoppen van het type W-79 die de W-33 vervangen. De W-79 is de beruchte ‘neutronenbom’, waarvan minstens twee versies ontwikkeld zijn. De W-79-0 en de W-79-1. De eerste is een ‘dual-capable‘ granaat, ook bruikbaar als ‘gewoon’ atoomwapen. Volgens het Nuclear Weapons Databook werd dit model in eerste instantie niet in produktie genomen, vermoedelijk vanwege het verzet ertegen in Europa. Van de W-79-1, een neutronengranaat zonder meer, werden er 300 gebouwd en opgeslagen in de VS om tijdens een krisis te worden overgevlogen naar Europa. Volgens de Britse onderzoeker D. Plesch is sindsdien een dual-capable wapen (gewone atoombom plus neutronenbom) in produktie genomen en in de BRD gestationeerd bij het Amerikaanse leger. Dit is dan vermoedelijk de W-79-0, die alsnog in produktie is genomen. Deze granaat heeft een groter bereik dan de W-33, 40 km, en zou ook preciezer en veiliger om op te slaan. Invoering bij de Nederlandse artillerie zou zodoende een uitvloeisel zijn van het Montebello-besluit. Zo krijgt de NAVO via een omweg toch nog haar N-wapen.

MLRS

LOKATIE: Onbekend.
WAPENSYSTEEM: Multiple Launch Rocket System (MLRS: Meervoudig Raketwerpersysteem).
AANTAL: 22 Raketwerpers waarvan 18 operationeel. Elke raketwerper kan 12 raketten afvuren.
KOSTPRIJS: 3,1 miljoen gulden per stuk.
BEREIK: 30 km (+ ATACMS: 300 km, zie verder).
TYPE KERNKOP: Vermoedelijk vergelijkbaar met Lance.
ONDERDEEL: Onbekend. Systeem wordt momenteel ingevoerd en zal op nivo van legerkorps hoofdkwartier worden ingezet.
TAAK: Bestrijden van vijandelijke vuursteunmiddelen en troepen achter de voorste linies.

BIJZONDERHEDEN: De MLRS is in de eerste plaats een konventioneel wapensysteem met de speciale eigenschap dat een groot gebied (23 hektare op een afstand van 15 km) tegelijkertijd kan worden bestookt met een groot aantal (8000) mini-granaatjes. Elke lanceerder kan 12 raketten tegelijkertijd afvuren om dit te bewerkstelligen. Jane’s Weapons Systems (1987-’88) noemt nog een aantal subvarianten, waaronder één die raketten afschiet, bewapend met chemiese koppen.

MODERNISERING: Jane’s noemt nog een wapen dat afgevuurd kan worden vanaf de MLRS, de ATACMS. Een raket met een bereik van 300 km. Volgens dit handboek zal de ATACMS, waarvan er 50 voor het Amerikaanse leger gebouwd worden door Ling Temco Vought, de maker van de Lance, tussen 1987 en 1990, gebruik kunnen maken van al bestaande legermunitie. (‘Off-the-shelf-munitions’). Hiermee worden waarschijnlijk kernkoppen bedoeld, gezien de inhoud van de boodschap, vermoedelijk door de Nederlandse ambassade in Washington DC verstuurd aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken op 23 december 1985. Hierin wordt al gewezen op de ontwikkeling van ATACMS en de mogelijkheid om deze vanaf de MLRS-lanceersystemen af te vuren. In eerste instantie zou dit wapen volgens de briefschrijver konventioneel moeten zijn, maar hij schat dat vanaf het begin van de 90-er jaren een nukleaire versie zal worden geproduceerd. Zo krijgt het Nederlandse leger via de MLRS behalve een konventioneel artilleriesysteem, ook een kerntaak erbij, alweer als gevolg van het Montebello-besluit. In de brieven van minister van defensie Van Eekelen aan het parlement over de MLRS-aanschaf (van 24-9-’86 en 3-12-’86) wordt, uiteraard, met geen woord gerept over het nukleair potentieel van de MLRS.

AMOK