In een interview stelt reder Coco Vroon dat de beste bescherming van de koopvaardijvloot bestaat in het aan boord nemen van bewapende beveiligers in dienst van particuliere bedrijven (FD 26 september).
De bezwaren, waaronder het aantasten van het geweldsmonopolie van de staat, doet hij af als ‘politiek correcte argumenten’.
Dat werpt de vraag op of alle mogelijkheden zijn onderzocht om schepen te beschermen zonder inzet aan boord van militairen of contractanten. Daarbij draait het om de zogenoemde ‘Best management Practices‘ van februari 2009, waarnaar het beleidskader van de regering van afgelopen juni verwijst. In dat kader wordt één optie niet genoemd: het varen in konvooi.
Het beschermingsprobleem is vergelijkbaar met dat van de trans-Atlantische scheepvaart tijdens de Tweede Wereldoorlog. De beste bescherming tegen de Duitse onderzeeërs bestond in konvooivaart met marine-escorte. De kwestie van de efficiëntste bescherming tegen piraten is vergelijkbaar. Dat was ook de redenering van de expert Peter D. Zimmerman, die in The Wall Street Journal (14 april 2009) een korte beschrijving van zo’n systeem gaf.
Toch wordt deze rationele oplossing in de Indische Oceaan niet systematisch toegepast. Waarom niet? Zijn de reders met de snelste schepen om financiële redenen niet bereid om zich aan te passen aan een gecentraliseerd, planmatig konvooisysteem waarin ook de langzamere schepen beschermd kunnen worden?
Financieel Dagblad