Het buitenlands beleid van Obama: ‘No We Cannot’

Verschilt het buitenlands en defensiebeleid van president Obama wezenlijk van dat van zijn voorganger?

In essentiële kwesties is het door velen verguisde beleid van de Republikeinse president Bush jr. niet alleen voortgezet, maar ook geïntensiveerd. De beloften van de verkiezingscampagne van kandidaat Obama om verandering te brengen, liggen ver achter ons. De werkelijkheid is heel anders. In zaken zoals oorlogvoering, mensenrechten en volkenrecht was de nieuwe Democratische president, die bij zijn aantreden begin 2009 symbool stond voor een ander Amerikaans beleid, een teleurstelling.

Het gaat niet alleen om de handhaving van het gigantische oorlogsapparaat, inclusief de kernwapenslagkracht, ook het raketschild kan de aanleiding vormen voor een nieuwe wapenwedloop. President Obama staat ook garant voor voortzetting van de ‘war on terror‘, waarbij de grenzen van de rechtsstaat niet alleen worden opgezocht, maar ook worden overschreden. De in dit opzicht twee belangrijkste erfenissen van het beleid van Bush, de illegale invasie van Irak en het illegaal ontvoeren, vastzetten en martelen van gevangenen, zijn ongestraft gebleven. Het beleid dat daaraan ten grondslag lag, wordt voortgezet. Om die reden was de toekenning van de Nobelprijs voor de Vrede aan Obama rijkelijk voorbarig.

Defensie-uitgaven
Het meest overtuigende bewijs van de continuïteit van het buitenlandbeleid van president Bush onder Obama is de omvang van de defensie- en oorlogsuitgaven. Onder Bush bedroeg in 2007 de kernbegroting van het Pentagon 472 miljard dollar. Het door het Congres medio december 2011 aangenomen voorstel voor het begrotingsjaar 2012 omvatte 546,5 miljard dollar. Daarbij moeten worden opgeteld de additionele kosten van militaire operaties in Irak en Afghanistan, die worden geschat op 115,5 miljard dollar. (1) Ook moet erbij worden opgeteld de bijdrage van het ministerie van buitenlandse zaken aan militaire operaties (8,7 miljard dollar voor 2010). Ook de operaties van de inlichtingendiensten (inlichtingen verzamelen evenals geheime operaties) zijn onder Obama een groeimarkt: 53,1 miljard dollar voor het begrotingsjaar 2010. (2) Het wereldomvattend stelsel van Amerikaanse bases vormt een substantieel deel van de Pentagon-begroting. Volgens een schatting komt dit bedrag op 41,6 miljard dollar per jaar. (3)

In het licht van de economische crisis ontkwam het Witte Huis er niet aan een voorstel te presenteren om op deze kosten te bezuinigen. Afgelopen zomer stuurde het Witte Huis als onderdeel van zijn totale bezuinigingspakket een plan naar het Congres om de uitgaven de komende tien jaar met 350 miljard dollar te verminderen. Omdat het Congres het niet eens werd over de begroting, werd dit bedrag verhoogd naar 900 miljard dollar. De voorstellen zijn echter boterzacht, omdat ze niet verder gaan dan een reductie in de groei van de toekomstige uitgaven, dus omkeerbaar door toekomstige regeringen. Indien ze werkelijk worden doorgevoerd, dan zouden de defensie-uitgaven terugkeren naar het niveau van 2007 onder president Bush. Anders gezegd, de toename onder Obama zou misschien worden teruggedraaid. (4)

De beoogde bezuiniging loopt echter gevaar. De militair-industriële lobby, verenigd in de campagne ‘Second to None‘, (5) zet het Congres onder druk om de plannen voor aanschaf van dure wapensystemen (zoals de Joint Strike Fighter) te handhaven. Voor de Amerikaanse belastingbetaler is het Pentagon een zwart gat, waar oncontroleerbare sommen in worden gesmeten zonder correcte boekhoudkundige controle. (6) De befaamde waarschuwing van president Eisenhower in 1959 over de macht van het militair-industriële complex is in de wind geslagen, ook onder president Obama. Als er al sprake is van de door hem beloofde ‘change’ op deze terreinen, dan vooral in negatieve zin.

De kernwapens blijven
De kernbewapening neemt in het beleid van Obama een speciale plaats in. In Praag (april 2009) verklaarde hij: ‘So today, l state clearly and with conviction America’s commitment to seek the peace and security of a world without nuclear weapons.’ Zijn woorden werden alom geïnterpreteerd als aanzet tot werkelijke nucleaire ontwapeningsstappen. In dat licht werd ook het eind 2009 ondertekende START-verdrag gezien, waarin reducties in de omvang van de Russische en Amerikaanse kernwapenarsenalen worden geregeld. Dat optimisme was echter voorbarig. Reducties zijn niet hetzelfde als ontwapening en dat werd al snel duidelijk bij de eerstvolgende begroting. Het bedrag dat werd begroot voor alle kernwapen gerelateerde begrotingsposten, steeg onder Obama van 6,9 miljard dollar voor het jaar 2011 naar 7,6 miljard dollar voor het begrotingsjaar 2012. (7) Onder Bush was dat bedrag nog 6,4 miljard dollar voor begrotingsjaar 2006. (8)

De nucleaire infrastructuur, noodzakelijk voor het onderhoud van de nucleaire slagkracht, werd niet slechts behouden, maar ook uitgebreid. Op de laatste begroting stonden ook uitgaven voor nieuwe kernkoppen en een fabriek voor de bouw van de daarvoor benodigde plutoniumkernen. Zulke uitgaven kunnen toch nauwelijks beschouwd worden als onderdeel van een nucleair ontwapeningsplan. Draagsystemen voor kernwapens worden in de toekomst (vanaf 2020) vervangen door nieuwe. Deze systemen, waaronder onderzeeërs, raketten en kruisvluchtwapens, worden nu al ontworpen of ontwikkeld.

Het gaat niet alleen om de nucleaire slagkracht, (9) maar ook om het gebruik daarvan. De strategie voor inzet is onder Obama nauwelijks veranderd. Dat werd duidelijk in de laatste versie van het om de vijf jaar verschijnende Amerikaanse nucleaire beleidsdocument, de Nuclear Posture Review. (10) Kernpunten hierin zijn: (1) De Verenigde Staten behouden de mogelijkheid om als eerste kernwapens in te zetten; en (2) De alert status van de intercontinentale nucleair bewapende raketten wordt niet veranderd. Ze blijven gereed staan om binnen minuten gelanceerd te worden.

Volgens een ander project, Prompt Global Strike, wordt de nucleaire lading van sommige intercontinentale raketten vervangen door conventionele koppen. Dat betekent dat het verschil tussen nucleair en conventioneel wegvalt – een levensgevaarlijke stap. (11)
Zelfs een symbolische geste – de eenzijdige terugtrekking van de sub-strategische kernwapens die nog steeds zijn opgeslagen in vijf Europese NAVO-lidstaten, waaronder Nederland – was een brug te ver onder het nieuwe presidentschap. Er komt geen verandering in de toewijzing van Amerikaanse kernwapens aan de NAVO. Terugtrekking van deze kernbommen is wat betreft Washington een zaak van het Bondgenootschap, door consensusbesluitvorming. De kernbommen zoals die op vliegbasis Volkel liggen, worden gemoderniseerd. De Joint Strike Fighter wordt geschikt gemaakt om de kernwapentaak over te nemen. Aangezien de lidstaten op zijn best verdeeld blijven over verwijdering, is er de laatste jaren in essentie niets veranderd. Het Bondgenootschap behield niet alleen zijn vliegtuig-kernbommen, maar ook de Amerikaanse nucleaire garanties. Daarmee eist de NAVO een speciaal voorrecht op, dat de meeste andere staten vanwege het Non-Proliferatie Verdrag wordt onthouden: een nucleaire afschrikkingsmacht.

Raketschild
Een vaak gehoorde argumentatie van de NAVO-lidstaten voor behoud van de nucleaire taken, namelijk dat ze noodzakelijk zijn om de Amerikaanse betrokkenheid bij Europa te garanderen, wordt nu ook in het spel gebracht bij de invoering van een raketschild. De regering-Bush initieerde een langetermijnproject voor de ontwikkeling en plaatsing van antiraketsystemen in Noord-Amerika en Europa. Een Europese component van dat plan behelsde plaatsing van raketlanceerinstallaties in Polen en waarschuwingsradarsystemen in Tsjechië. (12) Onder Obama werd dit plan in 2009 ingetrokken en vervolgens in een andere vorm weer ingevoerd. De aangepaste versie heette European Phased, Adaptive Approach. (13) In plaats van een volledig op land gestationeerd systeem gericht op intercontinentale raketten, wordt de komende jaren een systeem ingevoerd dat wordt ingezet vanaf zowel land als zee, bedoeld om middellangeafstandsraketten, zoals die in gebruik door Iran, neer te schieten. Eind 2010 besloot de NAVO-top in Lissabon dit Amerikaanse plan te integreren in het al bestaande raketschild ALTBMD. (14)

Dit betekent dat er een geïntegreerde waarschuwings- en bevelsstructuur wordt ontwikkeld om de raketten tijdig te lanceren. Zo wordt de veiligheid van Europa onder Obama gekoppeld aan die van de Verenigde Staten, net als dat onder Bush het geval was. Omdat het raketschild voor Washington onderdeel is van zijn totale strategische slagkracht, wordt aldus de vrijheid van handelen van de Europese NAVO-lidstaten ingeperkt.

Deskundigen twijfelen aan de effectiviteit van het raketschild tegen een raketaanval. Ze stellen het realiteitsgehalte van het testprogramma ter discussie. (15) Desondanks is Rusland, waarmee afspraken over samenwerking waren gemaakt op de NAVO-top, bezorgd over de opbouw van het systeem aan zijn grenzen. Het zou een mogelijke toekomstige bedreiging vormen voor zijn nucleaire afschrikkingsmacht. (16)
Minister Lavrov van buitenlandse zaken verklaarde in oktober dat Rusland geen medewerking zou verlenen aan het Europese raketschild zonder wettelijke en bindende garanties dat het netwerk niet tegen Rusland zou worden gebruikt. (17) Dat president Obama het systeem toch invoert, is wellicht het beste te verklaren door het succes van de militair-industriële lobby in Washington, gecombineerd met de wens de Atlantische band te handhaven. Waarmee we in feite weer terug zijn in een oude en beproefde wereld – die van de wapenwedlopen van de Koude Oorlog.

Illegale oorlogen
Onder Obama is de ‘war on terror‘ die president Bush had verklaard, in verhevigde mate voortgezet. Het gaat daarbij niet alleen om Obama’s War in Afghanistan, zoals beschreven in Bob Woodwards laatste boek, maar om een reeks conflicten waarbij de scheidslijn tussen legaal en illegaal militair handelen steeds vaker wordt overschreden. Net als de regering-Bush beschouwt president Obama zich als in staat van oorlog tegen ‘unlawful enemy combatants‘.
Die aanduiding is voor Obama net als voor Bush van groot belang; ze vormt de legitimering voor het gebruik van methoden van oorlog die grenzen overschrijden, zowel geografisch als juridisch.

Die oorlog in de schaduw omzeilt de wettelijk vastgelegde parlementaire controle. Dat gebeurde ook door de Amerikaanse deelname aan de NAVO-operatie tegen Libië, die onder andere bestond uit de grootschalige inzet van elektronische verkenningsmiddelen, kruisvluchtwapens en onbemande vliegtuigen. Deze vond plaats zonder de noodzakelijke toestemming van het Congres, die volgens de War Powers Act is vereist. In essentie worden de controlemechanismen op de uitvoerende macht, die de vrijheid oorlog te voeren aan banden moeten leggen, afgebroken. Door te verwijzen naar door het Congres aangenomen wetgeving (18) om de daders van de aanslagen van 9/11 op te sporen, wordt nu een universele ‘war on terror‘ gevoerd, zonder beperkingen – door systematische aanslagen op tegenstanders, sinds een jaar ook op Amerikaanse burgers die zich tegen de regering keren.

Targeted killing
Het grootschalig gebruik van onbemande vliegtuigen vertegenwoordigt een nieuwe ontwikkeling in de geschiedenis van oorlogvoering. (19) De noviteit ligt niet zozeer in de aard van het wapen, als wel in de manier waarop het grotendeels gebruikt wordt: namelijk om overal ter wereld zonder formele oorlogsverklaring vijanden te doden. Daarbij worden doelen aangewezen door een onbekende werkgroep in het Witte Huis, die op grond van schimmige geheime criteria en besluitvorming de facto doodvonnissen uitspreekt. (20) Het meest intensieve gebruik is in Pakistan, waar naast de doelwitten een onbekend aantal burgers is gedood. Recent Brits onderzoek leverde het bewijs van die burgerdoden, de zogenaamde ‘bijkomende schade’. (21)

Naast Pakistan worden ook doelen in Jemen, Somalië en Afghanistan aangevallen. Een VN-rapport, in mei 2010 gepresenteerd door Speciaal Rapporteur Philip Alson, concludeerde dat gebruik van het wapen buiten de kaders van conventionele oorlogvoering bijna altijd strijdig is met de wet. (22) Nu een nieuwe drempel is overschreden door de onwettige executie van twee Amerikaanse staatsburgers, ontstaat een fel debat over de rechtmatigheid van dit optreden.
De tweede methode van targeted killing, de inzet van special forces om kaderleden van de guerrilla’s op te pakken dan wel te doden, gaat nog verder. Deze operaties zijn onder Obama geïntensiveerd, waarbij de aanslag op Osama bin Laden in Pakistan het bekendste geval was. In Afghanistan wordt deze methode bijzonder vaak toegepast in ‘night raids‘. Daar vallen speciale eenheden veelal ’s nachts dorpen binnen om kopstukken van de Taliban te arresteren dan wel te doden. Analyses van deze operaties hebben aangetoond dat daarbij veel onschuldige burgers worden gedood. (23) Deze methode van oorlogvoering vormt een essentieel onderdeel van het exit plan. Een overeenkomst met president Karzai, waar de afgelopen maanden over werd onderhandeld, regelt juist een langer verblijf van Amerikaanse militairen. (24)

Rendition
Onder president Bush werd een systeem van extraordinary rendition geperfectioneerd: het oppakken van ‘enemy combatants‘, waar ook ter wereld, en ze opsluiten op locaties waar ze gemarteld werden. Dat gebeurde door zowel de CIA zelf, in landen zoals Polen en Roemenië, als door ‘uitbesteding’ aan de beulen van destijds bevriende staten als Syrië en Libië. Afgelopen zomer ontdekte de Amerikaanse onderzoeksjournalist Jeremy Scahill in Somalië ook een dergelijke CIA-gevangenis. (25)

Toen deze operaties mede vanwege publieke verontwaardiging in betrokken Europese landen werden gestaakt, kwam de vraag aan de orde of ook Guantanamo Bay zou worden gesloten. De belofte van Obama dat te doen, bleek loos. De schimmige categorie van de daar voor onbepaalde tijd vastgezette ‘unlawful enemy combatants‘ bleef bestaan.
Pogingen de regering aan te klagen via civiele rechtbanken liepen stuk, onder andere door tegenwerking van de advocaten van de regering. Naast Guantanamo Bay worden nog steeds gevangenen elders vastgezet, bijvoorbeeld in een installatie van het Amerikaanse leger op vliegbasis Bagram in Afghanistan.

In twee uitspraken in mei 2011 besloot het Amerikaanse Opperste Gerechtshof pogingen te blokkeren van de slachtoffers van ‘rendition’ om hun recht te halen in Amerikaanse rechtbanken. De hoofdredactie van The New York Times kapittelde het Gerechtshof voor deze uitspraken. Ze beschuldigde bovendien Obama ervan misbruik van het begrip ‘staatsgeheim’ te maken om civiele processen van de slachtoffers tegen de staat te ondermijnen. (26) Ook werden de verantwoordelijke ambtenaren voor het rendition– en martelbeleid, dat werd ontworpen onder de verantwoordelijkheid van de regering-Bush, onder Obama vrijgesteld van vervolging. (27)

De American Civil Liberties Union, die deze zaken nauwkeurig volgt, kwam in september 2011 dan ook tot de conclusie dat de kernelementen van het beleid van Bush nog steeds deel uitmaakten van de nationale  veiligheidsstrategie onder Obama. (28) Hoewel er officieel niet meer gemarteld wordt, is uitlevering aan landen die martelen of het martelen in afgelegen bases zoals Bagram of Mogadishu, nog steeds mogelijk, door bijvoorbeeld zogenaamde proxy’s (handlangers) zoals huurlingen in te zetten, of door de regels ‘flexibel’ te interpreteren.

Een gevaarlijk pad
President Obama heeft in een reeks kernpunten ervoor gekozen het buitenlandbeleid van Bush jr. voort te zetten en zelfs te intensiveren. De gevolgen zijn niet alleen van belang voor de rest van de wereld, die blootgesteld is aan de immense militaire macht die ingezet kan worden door willekeurige en geheime besluiten van de president en zijn adviseurs, maar ook voor de Amerikaanse burgers zelf. Deze afbraak van het internationaal recht heeft immers binnenlandse gevolgen. Die bestaan niet alleen uit het zonder proces uitvaardigen van doodvonnissen tegen de eigen burgers. Ook uit inbreuken op de rechten van de burger, door intensieve controle, (29) geheime afluisterpraktijken en uitbreiding van de bevoegdheden van de politie en veiligheidsdiensten, zoals vastgelegd in de Patriot Act, en van het leger, zoals vastgelegd in de laatste Amerikaanse defensiebegroting. (30) Zo slaat de militarisering van het buitenlandbeleid in het kader van de eeuwige ‘war on terror‘ ook terug op het binnenland: het gaat om een ontwikkeling die de burgerrechten aantast en dus ook de rechtsstaat zelf.

Noten:
1. ‘U.5. Congress Approves $662 Billion Defense Plan Headed to Obama’, Bloomberg, 15 december 2011.
2. Chris Hellman, The Real US National Security Budget, 4 maart 2011.
3. Nick Turse, ‘Empire of bases 2.0’, in: Asia Times, 12 januari 2011.
4. ‘Is Leon Panetta the Right Man to be Secretary of Defense?’, Winslow Wheeler, 13 december 2011, Center for Defense Information, Washington D.C.
5. Aangehaald in: Nick Turse, Will ties to Pentagon contractor, 21 september 2011.
6. Rapporten van de Inspector General van het Pentagon, aangehaald in: Peter Casey, Where have all the Missiles Gone.
7. Greg Mello, Bulletin 127 van de Los Alamos Study Croup Albuquerque, 6 september 2011.
8. Department of Energy, FY2007 Congressional Budget Request, februari 2006, Office of Chief Financial Officer Volume 1 DOE/CF-002, Volume 1, National Nuclear Security Administration.
9. Walter Pincus, ‘U.S. keeps major lead over Russia in nuclear weapons’, in: Washington Post. 27 oktober 2011.
10. US Department of Defense, Nuclear Posture Review 2010, 3 mei 2010 (http://www.defense.gov/npr/).
11. ‘U.5. looks to non-nuclear weapons to use as deterrent’, in: Washington Post, 8 april 2010.
12. Voor een samenvatting van deze plannen, zie: CRS report Congress Long-Range Ballistic Missile Defense in Europe.
13. Zie: U.S. Missile Defense Policy, A Phased, Adaptive Approach Missile Defense in Europe (The White House Office of the Press Secretary, 2009).
14. Paragraaf 36-38 van de Lisbon Summit Declaration, 20 november 2010.
15. Federation of American Scientists, Upsetting the Reset: The Technical Basis of Russian Concern Over NATO Missile Defense, Special Report, september 2011.
16. ibid.
17. Ria Novosti,’No missile defense cooperation without guarantees’, in: Lavrov, 21 oktober 2011.
18. Authorization For Use Of Military Force in Response to the 9/11 Attacks (P.L. 107-40).
19. Nick Turse, ‘America’s Secret Empire of Drone Bases’, oktober 2011.
20. ‘Palin was Right About those Government Death Panels’, ColeComment, 7 oktober 2011.
21. Chris Woods, ‘US claims of “no civilian deaths” are untrue’, The Bureau of Investigative Journalism, 18 juli 2011.
22. ‘Report of the Special Rapporteur on extrajudicial, summary or arbitrary executions’, Philip Alston, Human Rights Council, Fourteenth session, A/HRC/14/24/Add.6, 28 mei 2010.
23. A Knock on the Door, Afghan Analysts Network, 12 oktober 2011; Gareth Porter, ‘UN Tally Excluded Most Afghan Civilian Deaths in Night Raids’, 25 oktober 2011.
24. Abubakar Siddique,’Opposition Grows To Next Stage Of U.S. Military Presence In Afghanistan’, Radio Free Europe, 25 oktober 2011; ‘Afghanistan National Assembly Backs Pact With US’, Associated Press, Kaboel, 19 november 2011.
25. Jeremy Scahill, ‘The CIA’s Secret Sites in Somalia’, in: The Nation, 18 augustus 2011.
26. Andy Worthington,’The Supreme Court’s failure to Tackle Torture, now and Forever’, in: The Future of Freedom Foundation, 26 mei 2011; ‘Malign Neglect’, in: The New York Times, 21 mei 2011.
27. Andy Worthington, Torture Whitewash, juli 2011; Glenn Greenwald, ‘Torture Crimes Officially, Permanently Shielded’.
28. American Civil Liberties Union, A Call to Courage, september 2011.
29. Reform the Patriot Act What You Should Know, ACLU (http://www.aclu.org/May 2011); voor een overzicht zie: Glenn Greenwald, ‘A prime aim of the growing Surveillance State’, 19 augustus 2011 (www.salon.com).
30. Glenn Greenwald,’Obama to sign indefinite detention bill into law’, 15 december 2011.

Internationale Spectator